per 26 juni 2021

Huishoudelijk Reglement

ALGEMEEN

ARTIKEL 1

  1. De bevoegdheid, zoals genoemd in artikel 22, lid 1 van de statuten, ten aanzien van het opnemen van nadere regels in dit huishoudelijk reglement is voorbehouden aan de algemene vergadering en het bestuur
  2. Onder digitaal wordt in dit verband elektronisch communiceren verstaan.

Elektronische communicatie is het overbrengen van informatie van een zender naar een of meerdere ontvangers door middel van elektronische signalen.

 

LEDEN

ARTIKEL 2

  1. Het eerste jaar lidmaatschap is gratis, met dien verstande dat men geen gebruik maakt van een andere contributieregeling binnen de vereniging. Na dit eerste jaar gratis lidmaatschap vangt de incasso van de contributie aan.
  2. Vanaf de leeftijd van 85 jaar stopt de incasso en treedt een gratis lidmaatschap in werking.

 

EREVOORZITTER

ARTIKEL 3

Aan leden die voorzitter van de vereniging zijn geweest, kan de persoonlijke titel van erevoorzitter worden verleend.

 

TOELATING ALS LID

ARTIKEL 4

  1. De toelatingscommissie als bedoeld in artikel 6, lid 3 van de statuten bestaat uit drie personen, te weten één bestuurslid zijnde lid van het dagelijks bestuur, één gewoon lid en één lid aan te wijzen door de klager.
  2. De toelatingscommissie doet binnen zes weken nadat het bezwaarschrift door de secretaris is ontvangen, gemotiveerd uitspraak aan het bestuur. Een afschrift hiervan wordt zo spoedig mogelijk verzonden aan belanghebbende.
  3. Eventueel beroep tegen de uitspraak van de toelatingscommissie dient door het bestuur en/of de belanghebbende binnen zes weken na die uitspraak, eveneens schriftelijk te worden ingesteld bij de algemene vergadering.
  4. Gedurende de bezwaar- en beroepstermijn wordt de belanghebbende geacht niet te zijn toegelaten.
  5. Indien de algemene vergadering alsnog besluit tot toelating van de belanghebbende, kan hieraan geen terugwerkende kracht worden verleend of ontleend.

 

EINDE LIDMAATSCHAP

ARTIKEL 5

  1. Van een besluit tot opzegging van het lidmaatschap of ontzetting uit het lidmaatschap door de vereniging wordt betrokkene zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen zes weken schriftelijk met opgave van redenen in kennis gesteld.
  2. Een eventueel bezwaar tegen de opzegging van het lidmaatschap of ontzetting uit het lidmaatschap dient binnen zes weken hierna, eveneens digitaal of schriftelijk, te worden ingesteld bij de secretaris.
  3. De secretaris legt het in lid 2 bedoelde bezwaarschrift voor aan een door het bestuur te benoemen beëindigingscommissie. Deze beëindigingscommissie bestaat uit drie leden, te weten één bestuurslid zijnde lid van het dagelijks bestuur, één gewoon lid en één lid aan te wijzen door de klager.
  4. De beëindigingscommissie doet binnen zes weken nadat het bezwaarschrift bij de secretaris is ingediend gemotiveerd uitspraak. Een afschrift van de uitspraak wordt zo spoedig mogelijk verzonden aan belanghebbende.
  5. Eventueel beroep tegen de uitspraak van de beëindigingscommissie dient door het bestuur en/of de belanghebbende binnen zes weken hierna, eveneens schriftelijk te worden ingesteld bij de algemene vergadering.
  6. Het beroep wordt behandeld in de eerstkomende algemene vergadering. Het lid wordt zo spoedig mogelijk met opgave van redenen in kennis gesteld van het besluit van de algemene vergadering. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid geschorst.

 

CONTRIBUTIE EN GELDMIDDELEN

ARTIKEL 6

  1. De in artikel 9, lid 1 van de statuten bedoelde contributie moet worden voldaan door automatische incasso dan wel automatische machtiging.
  2. Het lidmaatschap van de vereniging, zoals bedoeld in artikel 5 van de statuten, treedt niet eerder in werking dan nadat volledig is voldaan aan betaling van contributie.
  3. Is ook na een tussentijdse betalingsherinnering binnen maximaal zes maanden niet voldaan aan deze betalingsverplichting, dan wordt geacht het lidmaatschap niet te zijn aangevangen en wordt de aanmelding als niet gedaan beschouwd c.q. eindigt het lidmaatschap.
  4. Wanneer het bestuur daartoe aanleiding ziet kan het in bijzondere gevallen, geheel of gedeeltelijk, ontheffing verlenen van de verplichting tot het betalen van contributie. Dit besluit wordt bij meerderheid genomen en vastgelegd in het verslag van de bestuursvergadering. Het lid wordt daarvan in kennis gesteld met inachtneming van de privacyregels. Het bestuur vermeldt het aantal ontheffingen van de verplichting tot het betalen van contributie in het jaarverslag van de eerstvolgende algemene vergadering.

 

INFORMATIEVOORZIENING

ARTIKEL 7

  1. Overeenkomstig het bepaalde in artikel 3, lid 2, letter d van de statuten informeert de vereniging de leden op het terrein van postactieven.
  2. Het vakbondsblad van de NCF is één van de nieuwsbronnen die ter beschikking worden gesteld aan de leden. Daarnaast hanteert de vereniging diverse kanalen om nieuws met de leden te delen.
  3. Alle oproepen, mededelingen en dergelijke die betrekking hebben op de vereniging en bestemd zijn voor de leden worden aan de leden verstrekt. De informatieverstrekking van de vereniging wordt uitgevoerd onder de verantwoordelijkheid van het bestuur.
  4. Een actuele versie van de statuten en het huishoudelijk reglement is raadpleegbaar op de website van de vereniging.

 

BIJSTAND & ADVIES

ARTIKEL 8

  1. Een lid van de vereniging, zoals bedoeld in artikel 5 van de statuten, heeft vanaf de datum van aanmelding het recht op ondersteuning in de vorm van bijstand en advies.
  2. Voor het verkrijgen van het recht op genoemde ondersteuning dient de volledige contributie te zijn betaald.
  3. Er bestaat geen recht op genoemde ondersteuning bij geschillen die zijn ontstaan voorafgaand aan de dag van aanmelding.
  4. Het lid heeft recht op genoemde ondersteuning bij geschillen in:

Categorie I

  1. pensioenen.

Categorie II

  1. geschillen met betrekking tot huur van de door het lid bewoonde woonruimte;
  2. geschillen met betrekking tot aan- of verkoop van de door het lid bewoonde woonruimte;
  3. consumentenkwesties met een belang hoger dan €180,00.
  4. Het bestuur is bevoegd om een nadere uitwerking te formuleren van het recht op genoemde ondersteuning in een reglement Bijstand & Advies.

 

HET BESTUUR

ARTIKEL 9

  1. De vereniging c.q. het bestuur neemt modules af van de NCF waaronder bijstand, communicatie, bestuursinzet, financiële administratie, ledenadministratie, correspondentie, personele inzet van de kantoororganisatie van de NCF, vergaderfaciliteiten en overige materiele zaken.
  2. Het bestuur kan tussentijds leden van de vereniging benoemen of aanstellen voor een bestuursfunctie op interim basis.
  3. Overeenkomstig het bepaalde in artikel 37 BW boek 2 en voor zover de statuten of de wet niet anders bepalen, wordt – ter aanvulling op de statuten, artikel 10, lid 2 bepaald en uitgelegd dat het de bedoeling is dat de voorzitter van de NCF tevens de voorzitter is van de VPF en dat één bestuurslid van de NCF tevens zitting heeft in het bestuur van de VPF.” De verplichting hierbij is dan tenminste twee jaar betalend lidmaatschap zijn van die vereniging.
  4. Bij een kandidaatstelling voor een bestuursfunctie vanuit de vereniging dient gelijktijdig een schriftelijke en ondertekende bereidverklaring van de kandidaat te worden overgelegd. Tevens dient de kandidaat voor de bestuursfunctie tenminste twee jaar lid te zijn. Ontbreekt een van de vereisten, dan wordt de kandidaatstelling als “niet ontvankelijk” beschouwd.
  5. Bij afwezigheid van een bestuurslid treedt, in onderling overleg, één van de andere bestuursleden als plaatsvervanger op bij in- en externe aangelegenheden.
  6. De plaatsvervanger, bedoeld in lid 5, heeft dezelfde rechten en plichten als het bestuurslid dat wordt vervangen.
  7. Alle contacten met de media lopen via de voorzitter, dan wel diens plaatsvervanger.

 

BESTUURSTAKEN

ARTIKEL 10

  1. De voorzitter of de plaatsvervanger leidt de vergaderingen van het bestuur. Ontbreken zowel de voorzitter als de plaatsvervanger dan wijst de vergadering een bestuurslid aan, die als dagvoorzitter optreedt.
  2. De secretaris is belast met de correspondentie, de statuten en het huishoudelijk reglement alsmede de ledenadministratie en het beheer van het archief. Onder verantwoordelijkheid van de secretaris kan deze zich laten bijstaan.
  3. De penningmeester is belast met het beheer van de geldmiddelen. Onder verantwoordelijkheid van de penningmeester kan deze zich laten bijstaan.
  4. De kascontrolecommissie als bedoeld in artikel 14, lid 4 van de statuten, wordt gevormd door verenigingsleden, die boekhoudkundige ervaring moeten hebben. Ze treden jaarlijks volgens een door het bestuur voor te stellen rooster af, dat door de reguliere algemene vergadering goedgekeurd dient te worden, en zijn niet binnen twee jaar herkiesbaar. Het bestuur is tot kandidaatstelling bevoegd.
  5. De penningmeester treedt in overleg met het bestuur over alle bestellingen en verplichtingen, welke een jaarlijks door het bestuur vast te stellen bedrag te boven gaan.
  6. De penningmeester draagt er zorg voor, dat rekeningen en kwitanties van alle niet dagelijkse en periodieke uitgaven aan de in lid 4 bedoelde leden worden voorgelegd, die ze als bewijs daarvan voor gezien tekenen.
  7. Van de besprekingen in het bestuur wordt een verslag opgemaakt.
  8. Aan de in artikel 10 van de statuten bedoelde leden van het bestuur kan, indien de aard van de functie en de uitvoering daarvan dit rechtvaardigen, een financiële vergoeding worden gegeven.
  9. Aan anderen die ten behoeve van de vereniging werkzaamheden verrichten kan door het bestuur eveneens een onkosten- of andere vergoeding worden toegekend.

 

ALGEMENE VERGADERING

ARTIKEL 11

  1. Plaats en datum van een algemene vergadering worden door het bestuur vastgesteld.
  2. Ter aanvulling op artikel 11, lid 1 van de statuten stelt het bestuur jaarlijks een rooster van aftreden op.
  3. Tenminste twee maanden voor de algemene vergadering moet een voordracht van een bestuurskandidaat bij het bestuur bekend zijn.
  4. De reis- en verblijfkosten van genodigden komen ten laste van de verenigingskas en worden op declaratiebasis door de penningmeester uitbetaald.
  5. Het verslag van de voorgaande algemene vergadering wordt tijdig digitaal ter beschikking gesteld.
  6. Alle in een algemene vergadering genomen besluiten worden opgenomen in een besluitenregister. Dit register is binnen één maand na vaststelling van het besluit in de algemene vergadering raadpleegbaar in het domein “MijnVPF”.
  7. Het bestuur schrijft, op basis van artikel 15, lid 3 van de statuten, een buitengewone algemene vergadering uit indien een te nemen besluit niet kan wachten tot een algemene vergadering.

 

BIJLAGE

Rechtsbijstandverlener/informatieverstrekking aan VPF

1. De rechtsbijstand wordt conform dit reglement verleend door een advocaat, aan te wijzen door het bestuur.
2. Deze advocaat is bij de uitoefening van zijn werkzaamheden gebonden aan de gedragsregels van de orde van advocaten.

Haalbaarheidstoets

3. Het lid heeft te allen tijde recht op een juridisch advies over een door hem voorgelegde vraag. Er bestaat alleen recht op rechtsbijstand bij een geschil indien het bestuur van de VPF, daartoe geadviseerd door de advocaat, van mening is dat er een redelijke kans bestaat op het behalen van het beoogde resultaat. Indien die kans niet bestaat zal de rechtsbijstand worden beëindigd en bestaat er ook géén recht op vergoeding van de kosten van een zelf gekozen advocaat als bedoeld in artikel 13.

Kosten voor rekening lid

4. Voor alle vormen van rechtsbijstand uit artikel 6 (dus voor beide categorieën) geldt dat het lid zelf de kosten draagt van:
- de griffierechten tot 100 euro
- de legeskosten
- de uittreksels bij de Kamer van Koophandel en
- de reiskosten op basis van openbaar vervoer van de rechtshulpverlener.

Kosten voor rekening VPF Categorie I

5. De VPF betaalt voor categorie I geschillen de kosten van:
a. De kosten van de door de VPF aangewezen advocaat worden geheel door het bestuur van de VPF gedragen. Die advocaat brengt aan het lid geen kosten in rekening.
b. een in opdracht van de advocaat ingeschakelde deskundige;
c. de (reis)kosten van de door de advocaat opgeroepen getuigen.

De volgende kosten worden door het lid gedragen:

6. De helft van de proceskosten waartoe het lid door de rechter wordt veroordeeld. De andere helft van deze kosten wordt door de VPF betaald;
De kosten van een deskundige die het lid zelf inschakelt en/of getuige die het lid zelf oproept, zonder vooraf de instemming van de VPF te hebben verkregen.

Kosten voor rekening VPF in Categorie II

7. Voor de rechtsbijstand in geschillen van categorie II geldt
a. Het lid heeft in totaal maximaal recht op zes uur gratis dienstverlening per kalenderjaar;
b. Is voor het probleem toch meer tijd nodig dan de zes gratis uren, dan zal de advocaat het lid een gereduceerd uurtarief in rekening brengen, tenzij het lid in aanmerking komt voor gefinancierde rechtsbijstand. Dit uurtarief is gelijk aan de op dat moment geldende vergoeding van de Raad voor Rechtsbijstand.
c. Uitdrukkelijk uitgesloten van de rechtsbijstand in categorie II zijn geschillen op het gebied van letselschade en van financiële en beleggingsproducten.

Beëindigen rechtsbijstand

8. De aan een lid door de advocaat verstrekte rechtsbijstand en/of de aan een lid verleende belangenbehartiging van een individueel belangenbehartiger, kan worden beëindigd zodra het lid weigert gevolg te geven aan redelijke opdrachten en/of adviezen van de rechtsbijstandverlener / individueel belangenbehartiger, dan wel in het geval het lid niet meewerkt om de voor de advisering/bijstand noodzakelijke informatie te verschaffen.
9. Alvorens het bestuur besluit tot beëindiging van de te verlenen rechtsbijstand hoort zij daartoe zowel het individuele lid als de advocaat respectievelijk de individuele belangenbehartiger. Dit besluit wordt genomen met gewone meerderheid van stemmen. In plaats van horen van het lid, de advocaat respectievelijk de individuele belangenbehartiger kan ook volstaan worden met het indienen van een schriftelijke zienswijze. Indien het lid en/of de individueel belangenbehartiger / advocaat niet binnen de door het bestuur geldende termijn reageert, beslist het bestuur.

Slotbepaling

10. In die situaties waarin niet door dit reglement is voorzien beslist het bestuur.